Meestal geschreven als samosa.
Benodigdheden:
- 1 pakje bladerdeeg
- 6 flinke aardappelen
- 2 theelepels massaalaa (masala)
- 1 / 2 eetlepels djieraa / jeera (komijnzaad )
- 1 hete peper (bijv. Madam Jeanet)
- 1 kopje diepvries doperwten
- ½ blikje wortelen
- 1 / 2 blik maïs
- 100 – 150 gram sojabrokken of 1 / 2 pakje(s) tahoe
- 1 ui (pyaaz)
- 1 theelepel zwarte peper
- 2 Maggie groenteblokjes
- 2 teentjes knoflook
- 2 takjes selderij
- 5 eetlepels olie
- Zout naar smaak
Bereiding:
Schil de aardappelen en kook ze in water gaar met zout.
Giet de gekookte aardappelen in een vergiet en laat het water weglekken.
Prak de aardappelen fijn.
of
Snijd de aardappelen in kleine blokjes. Was ze in een vergiet en laat ze even staan tot dat al het water afdruipt. Plaats een diepe pan met olie om de aardappelstukjes lichtbruin te frituren.
Haal ze uit de pan als ze goudbruin zijn gebakken en zet ze in een vergiet en laat de olie uitlekken.
Kook de sojabrokken nu in water tot dat ze zacht zijn geworden. Was deze onder de koude kraan en knijp daarna het water weg.
Bak de sojabrokken goudbruin in klein beetje olie.
Als je in plaats van de sojabrokken tahoe gebruikt, prak deze fijn (niet te fijn) en bak dat even goudbruin met een beetje olie in een pan.
Bak djieraa in een droge pan en wrijf het fijn in een stamper.
Zet een diepe pan op vuur en giet ongeveer 3-4 eetlepels olie in de pan.
Meng in de hete olie de fijn geperste knoflook, gesneden ui, de massaalaa, de peper, de fijngemaakte djieraa, de fijn geprakte gekookte aardappelen of de gefrituurde aardappelen, de tahoe of sojabrokken, de doperwten, de maïs, de worteltjes en de in stukken gesneden selderij.
Blijf het mengsel steeds in de pan met een lepel draaien. Als de mix wat gebakken is kun je het vuur uit doen.
Laat de mix afkoelen.
Snijd elke vierkante deeglap diagonaal door het midden zodat er 2 driehoeken ontstaan. Vouw elke driehoek door het midden zodat er een kleinere dubbele driehoek ontstaat.
Knijp voorzichtig met de vingertoppen een kant van de dubbele driehoek dicht.
Doe nu 1 eetlepel vulling in de opening. Knijp daarna met de vingertoppen de opening dicht.
Om zeker te zijn dat de samosaa niet open springt in de oven, kun je met een klein vorkje de randjes extra aandrukken.
Bak de samosaa’s goudbruin in een voorverwarmde oven van ongeveer 160-180 graden Celsius.
Serveer de samosaa’s met een pittige saus, bijvoorbeeld met ketchup.