Narak chatoerdashie wordt ook Chhotie diewaalie genoemd. Het is de veertiende dag (tiethie) van de donkere maanhelft in de maand Kaartiek en de vooravond van Laksjmie-poedjaa.
Op deze dag versloeg god Krishna de demonenkoning Narkaasoer en maakte de wereld vrij van vrees. Symbolisch worden in sommige delen van India beelden van Narkaasoer verbrand.
Een ander verhaal is het verhaal van Koning Balie. Deze koning had in de trétaa-yoeg (tweede wereldperiode) door zijn vurige verering van god Sjiew de heerschappij over de drie werelden verkregen. Zijn macht ontaardde echter in het kwellen van mensen en godheden. Daarom verscheen Shri Wieshnoe (Vishnu) op aarde als een dwerg (waaman).
Vermomd als bedelaar ging Shri Wieshnoe naar koning Balie en vroeg hem als aalmoes net zoveel land als hij met drie stappen kon afmeten. De koning stemde toe en de dwerg maakte twee reusachtige stappen. Met de eerste stap bedekte hij de aarde en met de tweede de hemel. Alles behoorde nu aan god en er was geen plaats meer voor koning Balie.
God Wiesjnoe gaf koning Balie uiteindelijk het volgende zegen. Hij mocht drie dagen per jaar op aarde regeren, echter daar waar geen lichten zouden branden. Om niet onder Balie’s macht te vallen ontstaken de mensen uiteraard genoeg lampjes in hun huizen.
Een heleboel mensen nemen op deze dag een oliemassage om zich van moeheid vrij te maken. Ze nemen een bad en rusten uit zodat ze Diewaalie op de volgende dag met kracht en toewijding kunnen vieren.